Fluweelachtige tapijten op tafel, achter de kapstok, op de schoorsteenmantel of op de boxspring: dit soort interieurdecoratie is bij ons tegenwoordig niet erg gebruikelijk. In de jaren 20 en 30 van de vorige eeuw waren ze erg populair. De zogenaamde mohairfluwelen, ook wel velours d'Utrecht genoemd, werden veel gebruikt in interieurs van de Amsterdamse School. Naar verluidt vindt de stof zijn oorsprong in Utrecht in de 17e eeuw. De tentoonstelling ‘Sierpatronen’ toont een grote verscheidenheid aan Amsterdamse School mohairfluweel, gordijnstoffen, wandbekleding en meubelstoffen, allemaal uit de collectie van TextielMuseum. Naast dit uitgebreide overzicht staat de tentoonstelling in het teken van de bijzondere samenwerking met kunstenaars uit ca. 1917 tot 1935, over de geschiedenis van de fabrieken Schellens & Marto, Léo Schellens en de Hengelosche Trijpweverij en het belicht de verschillende decoratietechnieken. Een unieke mohairfluwelen cilinder, naar een ontwerp van Theo Nieuwenhuis, een houten printblok, met een patroon van Chris Lebeau en een rijke selectie patroontekeningen zijn te zien.

lees meer>